En waarom geen asymmetrische staatshervorming?

Matthias Storme pleitte op 20.07.2007 voor een asymmetrische staatshervorming, waarbij de bevoegdheden die naar Vlaanderen worden overgedragen per referendum worden bepaald.

Als we mogen afgaan op de beloften van de politieke partijen voor de verkiezingen en hun eerste verklaringen nadien, lijkt er een volledige patstelling te zijn met betrekking tot de staatshervorming. In Vlaanderen is er een duidelijke meerderheid die grote bevoegdheidsoverdrachten naar Vlaanderen wil (inbegrepen fiscale bevoegdheden). De Franstalige partijen zijn geen 'vragende partij' voor bevoegdheidsoverdrachten. De partijvoorzitter van de Franstalige liberalen (MR) stelde het nog duidelijker: nu we eindelijk de kans hebben om inzake de huidige federale bevoegdheden een beleid te voeren zonder de socialisten, gaan we die bevoegdheden toch niet overhevelen naar het Waals Gewest of de Franse Gemeenschap zeker, waar diezelfde socialisten de plak zwaaien. Deze opvattingen lijken onverzoenbaar, wat de niet-zo-Vlaamsgezinden in Vlaanderen tot in den treure doet herhalen dat niets kan, omdat men nu eenmaal met twee moet zijn om te defederaliseren. Maar is dat wel zo? Zijn die stellingen wel zo onverzoenbaar? Als we de basisstellingen van beide kanten als uitgangspunt nemen en er even van uitgaan dat die ook de kern zijn van hun werkelijke opvattingen, dan bestaat er toch een eenvoudige oplossing? Een staatshervorming kan namelijk perfect asymmetrisch verlopen.

Als de Vlamingen meer bevoegdheden willen en de Franstaligen die niet vragen, dan kan men beiden hun zin geven door een asymmetrische staatshervorming: de Vlamingen krijgen de gevraagde bevoegdheden ten aanzien van het Vlaamse territorium en de Nederlandstalige instellingen in Brussel, en ten aanzien van Wallonië en de Franstalige instellingen in Brussel blijven diezelfde bevoegdheden gewoon federaal zolang de Franstalige politieke meerderheid geen vragende partij is (dus alvast tot 2009).

Is dit een onrealistisch of onzinnig idee? De rechtsvergelijking toont ons het tegendeel. Een asymmetrische devolutie is namelijk zelfs de regel en niet de uitzondering. Een zuiver symmetrisch federalisme vindt men omzeggens alleen in federaties die samengesteld zijn uit voorheen onafhankelijke landen, zoals Duitsland, Zwitserland of de Verenigde Staten. Federale systemen die het gevolg zijn van een devolutie of bevoegdheidsoverdracht van de vroegere unitaire staat naar deelgebieden, zijn bijna allemaal asymmetrisch: zie naar Spanje, naar Italië, naar het Verenigd Koninkrijk, naar Rusland. Om het even binnen de Europese Unie te houden bekijken we de eerste drie. In elk van die landen zijn er bevoegdheidsdomeinen die voor sommige deelgebieden zijn overgedragen en voor de andere bij de federale overheid zijn gebleven. In het Verenigd Koninkrijk heeft Wales beperkte bevoegdheden (Government of Wales Act 1998), Schotland zeer ruime (Scotland Act 1998), Noord-Ierland ook (Northern Ireland Act 1998, weliswaar pas in 2007 in werking), en Engeland helemaal geen: alle bevoegdheden waarover het Schots parlement zelfstandig bevoegd is, worden voor Engeland uitgeoefend door het federale parlement. In Spanje en Italië is het vraagfederalisme nog explicieter als uitgangspunt. In Italië bepaalt de Grondwet (art. 116 v.) dat de gewesten zelf een Statuut kunnen voorstellen waarin ze de basisregels voor hun instellingen vastleggen (constitutieve autonomie) en de bevoegdheden die ze wensen uit te oefenen. Slechts limitatief in de Grondwet opgesomde exclusieve bevoegdheden van de federale overheid zijn daarbij uitgesloten. In Spanje bepaalt artikel 143 van de federale grondwet van 1978 (http://www.constitucion.es/constitucion/index.html) dat de verschillende Gemeenschappen kunnen verzoeken om binnen de grenzen van de mogelijkheden van de Grondwet een autonomie te verkrijgen ('zich als Autonome Gemeenschap te constitueren'), die wordt vastgelegd in een afzonderlijk Statuut voor elke Gemeenschap. Op deze wijze heeft Catalonië een autonomiestatuut opgesteld dat bekrachtigd werd in 1979 en Baskenland in 1980 (Statuut van Guernika). Net zoals Vlaanderen vond Catalonië na verloop van tijd dat zijn bevoegdheden niet meer volstonden en keurde het Catalaans parlement een nieuw Statuut goed in 2006, dat na een referendum in Catalonië aanvaard werd door de federale overheid en in werking is getreden. Catalonië en Baskenland hebben aldus belangrijke bevoegdheden die door de andere Gemeenschappen niet zijn gevraagd en voor die andere Gemeenschappen dus federaal zijn gebleven (bijvoorbeeld een zeer ruime fiscale bevoegdheid).

Als we deze methode zouden toepassen in België, dan betekent dit eigenlijk dat het Vlaams Parlement een gewenst Statuut moet vaststellen. Dat geschiedde eigenlijk in grote mate door middel van de (5) resoluties van 1999. Dat andere deelgebieden dezelfde autonomie niet willen, kan geen bezwaar zijn. Eigenlijk zou men nu in Vlaanderen een referendum moeten organiseren over die verschillende resoluties van 1999. Als dit een meerderheid haalt, zou het onaanvaardbaar zijn dat de federale overheid zich daar niet bij neerlegt. Andere deelgebieden hebben immers dezelfde keuzemogelijkheid.

Nu klopt het dat in bijvoorbeeld de Spaanse en Italiaanse grondwet er een limitatieve opsomming is van bevoegdheden die niet zonder grondwetswijziging kunnen worden overgeheveld. In België had zo'n lijst al lang moeten bestaan: artikel 35 van de Grondwet bepaalt immers dat de federale overheid slechts bevoegd is voor de aangelegenheden die de Grondwet haar uitdrukkelijk toekent en dat de Gemeenschappen of de Gewesten bevoegd zijn voor de overige aangelegenheden (onder de voorwaarden en op de wijze bepaald door een bijzondere wet). Deze grondwetsbepaling is door de federale wetgever nog steeds niet uitgevoerd. Ik denk dat men die kans intussen gehad heeft en dat is aangetoond dat de federale overheid niet in staat is die bepaling uit te voeren. In zulke omstandigheden moet men ervan uitgaan dat het dan aan de deelgebieden toekomt om de bevoegdheden die zij wensen aan zich te trekken.

Het klopt ook dat de genoemde autonomiestatuten in zekere mate onderhandeld werden en aanvaard door de federale overheid. Maar let wel: de federale overheid, niet de andere deelstaten. Vanzelfsprekend hadden de andere Gemeenschappen in Spanje geen vetorecht tegen het autonomiestatuut van Catalonië of Baskenland. Waarom zouden wij dan een veto van het Waals Gewest of de Franse Gemeenschap tegen een verruimd Vlaams autonomiestatuut moeten aanvaarden?

Een belangrijk aspect aan de staatshervorming is natuurlijk de financieringsregeling. Ook daar tonen Baskenland en Catalonië de weg: zij hebben in hun Statuut bepaald dat zij een zeer ruime fiscale autonomie hebben. De directe belastingen worden in beginsel geheel geïnd door de deelstaat. Vervolgens wordt aan de federale overheid een bedrag afgedragen dat overeenstemt met de opdrachten die de federale overheid nog vervult ten aanzien van die deelstaat. Waarom zou ook dit niet kunnen worden overgenomen in Vlaanderen?

Uiteindelijk zijn er voor al deze technieken in België toch ook aanzetten. Zo is de bevoegdheidsverdeling asymmetrisch: tussen Vlaanderen, de Franse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap, het Waals Gewest en het Brussels Gewest zijn er géén twee met dezelfde bevoegdheden. Ook zijn er voorbeelden van belastingen die voor het ene gewest door de gewestelijke overheid zijn geïnd en voor het andere door de federale overheid.

Kortom: als de meerderheid in de Franse Gemeenschap en Wallonië geen vragende partij is voor meer bevoegdheden, hoeven we hen die niet op te dringen. Maar omgekeerd zou het niet legitiem zijn wanneer zij blijven weigeren dat Vlaanderen die bevoegdheden op grond van een politieke meerderheid alhier wel aan zich trekt.

 

http://vlaamseconservatieven.blogspot.com/2007/06/en-waarom-geen-asymmetrische_20.html  

De auteur is hoogleraar Europees recht en rechtsvergelijking


Democratie versus Grondwet 

Een reactie van Jos Verhulst 

Matthias Storme voor een asymmetrische staatshervorming, waarbij de bevoegdheden die naar Vlaanderen worden overgedragen per referendum worden bepaald.

Lijkt me de logica zelve.

Alleen: het is een democratische oplossing, terwijl België helemaal geen democratie is, maar een particratie. Dat wringt dus.

Wat is de situatie nu? Er komt geen staatshervorming omdat politieke partijen die in Franstalig België de meerderheid vormen, iedere vorm van staatshervorming afwijzen.

Maar: de meerderheid van de Belgen, zijnde de Vlamingen, hebben zelfs niet voor of tegen deze partijen kunnen stemmen (tenzij in BHV, maar daar is die mogelijkheid ongrondwettelijk). Eigenlijk is de kwalificatie 'particratie' voor België nog te hoog gegrepen, want in een particratie bevinden de partijen, hoewel ze na een verkiezing vrolijk tegen de wil van de kiezers kunnen ingaan, zich tenminste nog allemaal binnen het electoraal bereik van de burgers.

Een referendum dus, met een lijst bevoegdheden over te dragen aan Vlaanderen, apart per bevoegdheid afstembaar.

Is zo'n referendum ongrondwettelijk? Maar de niet-splitsing van BHV is dat toch ook? En het vorstenhuis bezet de troon toch ook tegen de grondwet in? Is het niet een tikkeltje selectief om plots de grondwet voor heilig te verklaren, daar waar zij ingaat tegen de belangen van het noorden des lands?

Bovendien: een grondwet die directe besluitvorming door het volk uitsluit, is precies daardoor illegitiem, omdat een grondwet enkel legitiem kan zijn in de mate dat ze gedragen wordt door de wil van het soevereine volk. Dit laatste impliceert dat het soevereine volk zijn wil ook zonder restrictie moet kunnen uitspreken. Een 'grondwet' die belet dat het soevereine volk klaar en duidelijk spreekt, zodat de wil van het soevereine volk ondubbelzinnig aan het licht kan treden, is op dat punt gewoon illegitiem. Zo'n 'grondwet' is uit democratisch oogpunt een contradictio in terminis en die contradictie kan enkel worden opgeheven door de bepalingen die aan de burgers het zwijgen opleggen, onverwijld te negeren.

 

http://www.brusselsjournal.com/node/2203

Contact

Meer Democratie VZW
Koetsweg 13
B-3010 Kessel-lo
Ondernemingsnr. 0456.119.338

welkom@meerdemocratie.be
+32 456 37 23 82 (Brigitte George)

Bankrekening

IBAN: BE23 5230 8007 5191
BIC: TRIOBEBB

Privacybeleid en voorwaarden